Dankzij Duitsland buigt de Europese Unie zich over synthetische brandstoffen
Het is een symbolische verzet tegen de Europese Commissie: vorige week lag Duitsland dwars bij het verbod op verbrandingsmotoren dat in 2035 binnen de 27 lidstaten actief wordt. Deze belangrijke hervorming moet autofabrikanten aanzetten om de historische verbrandingsmotor op te geven ten gunste van elektrische motoren. Verschillende spelers (regeringen en autofabrikanten) hebben echter kritiek geuit omdat zij gedwongen elektrische voertuigen moeten kiezen, zonder dat alle alternatieven voor traditionele verbrandingsmotoren (diesel, benzine) in overweging worden genomen.
Toelating van synthetische brandstoffen na 2035
Onder deze alternatieven zijn er synthetische brandstoffen (e-fuels), verkregen uit "afgevangen" CO2, afkomstig van industriële activiteiten met behulp van koolstofarme elektriciteit. Sommige fabrikanten, zoals Porsche, geloven hier sterk in. De Volkswagen Group brengt zijn e-fuel al op de markt en heeft goede hoop dat het na 2035 in verbrandingsmotoren zal kunnen worden gebruikt. Het voordeel van e-fuel is dat het elke conventionele verbrandingsmotor kan laten draaien zonder dat er mechanische veranderingen nodig zijn. Dit is een technologische zegen, maar voorlopig nog erg duur.
Duitsland tankt vertrouwen bij Porsche en de Volkswagen-groep, en daarom blokkeerde het land de EU-stemming. De Commissie heeft een beetje toegegeven, en de besprekingen over e-brandstoffen zijn momenteel aan de gang. Voor de EU gaat het erom te beslissen of synthetische brandstoffen al dan niet "groen" en duurzaam zijn.