De Europese elektrische droom botst met de Europese realiteit
Dat blijkt uit een artikel van Reuters, dat uitgaat van de vaststelling dat bijvoorbeeld in Spaanse Repsol-stations de helft van de 1.600 geïnstalleerde oplaadpunten niet werkt, omdat ze niet zijn aangesloten op het elektriciteitsnet. De oorzaak? De bureaucratie die in sommige landen of regio's van landen het leven van de bedrijven die de oplaadpunten installeren bemoeilijkt. De ener keer is het geluidsoverlast... aan de rand van de snelweg. De andere keer, de bescherming van een enkele boom. Weer ergens anders krijg je amper te weten met wie je contact moet opnemen omdat het elektriciteitsnetwerk wordt beheerd door een groot aantal organisaties. "Het is Kafka versus de energietransitie", zegt de secretaris-generaal van ChargeUp Europe, de federatie van ontwikkelaars van oplaadnetwerken.
Geen standaardisatie
Ook al is Europa zo snel met het standaardiseren van de grootte van erwten (vergeef me het overdreven cliché), het heeft duidelijk nog geen regel uitgevaardigd die in de hele Unie van toepassing is op het toekennen van een concessie voor een oplaadstation. Aan de andere kant heeft ze niet alleen een verbod aangekondigd op de verkoop van nieuwe, niet-elektrische auto's vanaf 2035, maar heeft ze ook de verplichting om minstens elke 60 kilometer langs grote wegen oplaadpunten te installeren wettelijk verankerd. Maar ook hier "is het erg moeilijk om informatie te krijgen over mogelijke installatielocaties (dicht bij hoogspanningsleidingen, red.), wat investeringen vertraagt", zeggen de ontwikkelaars. Vervolgens moet je contact opnemen met de energieleverancier om een relaiscabine op te zetten. En ga zo maar door. Kortom, Europa heeft nog veel werk te doen om ervoor te zorgen dat zijn droom van elektrische mobiliteit niet wordt tegengehouden door zijn eigen bureaucratie. Het is geweten en genoteerd. En volgens Reuters zou er een harmonisatierichtlijn kunnen komen... binnen de komende twee jaar.