Seat: van autofabrikant naar 'mobiliteitsleveranvier’
Afgelopen maart, bij de publicatie van de jaarcijfers, maakten we ons al zorgen over de toekomst van de Spaanse fabrikant binnen de VW-groep. Met vrijwel geen projecten in zicht, en nog minder sprake van een elektrisch model, lijkt alles op een zijspoor te zitten. In een onlangs door onze Britse collega's van Autocar gepubliceerd interview bevestigt een inside (en anonieme) bron dat de besprekingen binnen de Duitse groep goed verlopen.
Mobiliteit
Zonder te zeggen dat er een beslissing is genomen, wordt de kwestie van Seats autotak steeds prangender. In feite heeft het merk nooit echt zijn plaats gevonden binnen het VW-concern, tussen Skoda, waarvan het "betaalbare" imago stevig gevestigd is, en het jonge Cupra dat in een paar jaar tijd geslaagd is waar Seat altijd gefaald heeft: het neerpoten van een sportief en dynamisch imago. Dus, wat is de toekomst? Het beste idee op dit moment zou zijn om gewoon te stoppen met auto’s, en Seat om te vormen tot een "aanbieder van stedelijke mobiliteit". Het merk zou elektrische scooters, fietsen en misschien microauto's op de markt brengen. We herinneren ons de in 2019 gepresenteerde Minimo-concept, een soort potentiële concurrent van de Renault Twizy. Seat liet het idee snel varen. Maar nu het succes van de Citroën AMI heeft bewezen dat er een markt voor is, zou het project nieuw leven kunnen worden ingeblazen. Voor de Ibiza en de Leon is het einde in zicht.